Van Ningaloo tot Karijini: een hoop vinkjes!

24 mei 2014 - Port Hedland, Australië

Die kan dus ook weer worden afgevinkt; zwemmen met een walvishaai! (whale shark) Daar hadden we ons veel van voorgesteld en het was inderdaad één van de hoogtepunten so far. Wat een magnifieke beesten en bijzondere ervaring.  Filmpje volgt!

Het gaat ongeveer als volgt in zijn werk. ’s-Ochtends vertrek je (in ons geval vanuit Coral Bay, een piepklein stadje aan de kust) gewapend met wetsuit en snorkeluitrusting, met zo’n 20 man per boot naar het rif. Ondertussen wordt met een klein vliegtuigje gezocht naar een voorbijtrekkende walvishaai waarna de achtervolging wordt ingezet en je in het pad van de walvishaai wordt gedropt. Je kunt dan zo’n 10 à 15 minuten meesnorkelen waarna een volgende groep wordt gedropt en het proces zich herhaalt. 

Inge en ik hebben de tour op verschillende dagen gedaan omdat het voor Alex geen doen is. Met elk meerdere droppings zijn we wel aan onze trekken gekomen nog afgezien van het andere moois dat we hebben gezien: rifhaaien, schilpadden, walvissen, dolfijnen, manta rays, een dugong en een zeeslang. Alex is overigens ook aan zijn trekken gekomen, want hij is meegeweest op een glass bottom boat en ook het strand is geweldig (vissen en stingrays in overvloed in het ondiepe water).

Na enkele dagen zijn we doorgereden naar Karijini National Park. Onderweg overnachtingen in de mijnstadjes Paraburdoo (het buffet in de mijnwerkerskantine is een aanrader :-) en Tom Price. In Tom Price hebben we de Rio Tinto ijzermijn bezocht. Gigantische operatie met èchte Tonka’s. Alex wil sindsdien tonkadriver worden.  Kan ie zichzelf in ieder geval aardig bedruipen want een minetruckdriver verdient jaarlijks AUS$ 150K (€ 100.000). Hoeveel!!?? Moet ie nog wel door de selectie komen en naar verluidt zijn vooral vrouwelijke chauffeurs gewild omdat ze voorzichtiger zijn met het materiaal….

Karijini is het meest bekende en misschien wel het mooiste NP van WA. Nachtje bushcamping en vervolgens twee overnachtingen in een luxe ecotent. Helemaal Out of Africa en je zou niet verbaasd opkijken als er een giraffe voorbij komt. Natuur weer adembenemend met schitterende canyons en eindeloze dirtroads. De kwaliteit daarvan is zeer wisselend. Soms rammel je vanwege de corrugations (ribbels) ècht de vullingen uit je gebit en soms rijdt ’t redelijk comfortabel. Hangt sterk af van de weerscondities, eventueel zwaar verkeer en de vraag of de grader (zeg maar de Zamboni) al langsgeweest is. Voor het beste resultaat is het een beetje spelen met snelheid, spoor en bandenspanning.

In Karijini hebben we ook onze eerste slangen gespot, of eigenlijk slangetjes (zo’n 40 cm). Eentje bij de waterval waar we aan het zwemmen waren (onder een rotsrichel) en eentje op ons pad toen we s-avonds naar onze tent terugliepen. Alex zag de eerste als eerste en kwam heel onderkoeld melden dat ie een slang had gezien (zoals we ‘m al in NL hadden geleerd). We hebben hem dan ook uitgebreid geprezen.  Beestje bleek ook giftig te zijn, maar in dit formaat gelukkig nog niet erg gevaarlijk. En fin die kunnen we dus ook afvinken :-)

Met slangen blijft het een beetje uitkijken. Hoewel we niet meer zo paranoïde zijn als eerst, is het zaak om alert te blijven, ook op campgrounds, waar je vaak waarschuwingsborden aantreft. Na deze close encounters stampen we in ieder geval nog wat harder op de grond als we ‘s- nachts naar de wc moeten :-) Alex heeft overigens zijn potje in de tent dat we voor deze reis maar weer tevoorschijn hebben gehaald.

Next stop is Broome, de gateway naar de Kimberley, waar we de Gibb River Road willen gaan rijden, een dirtroad van zo’n 750 km dwars door de Kimberley, de meest ongerepte wildernis in Oz (formaat Californie). Broome is zo’n 1000 km verderop, dus we rijden er in een paar etappes heen met stops in o.a. Port Hedland (waar we nu zijn) en Eighty Mile Beach. Het rijden gaat ons in ieder geval nog niet vervelen, zeker niet nu we in toenemende mate roadtrains tegenkomen. Wat zijn die dingen allemachtig lang! Soms met 4 of zelfs 5 aanhangers. Is telkens weer met plankgas en dichtgeknepen billen inhalen :-)

Over rijden gesproken: Met de bushcamper hebben we inmiddels ruim 3200 km afgelegd. Als we de eerdere km in NZ en Australie daarbij optellen, komen we op 9513 km. Dat gaat toch ergens op lijken!  We blijven de afstanden overigens onderschatten. Reistijd is altijd weer langer dan gedacht (en niet alleen door mijn fotostops :-) Is een niet onbelangrijk gegeven als we straks de The Gibb gaan doen. We zullen veiligheidshalve maar 30 km per uur aanhouden … dus die rit kan even gaan duren.

P.S. 1  In toenemende mate komen we op campings bekenden tegen. Dat heeft te maken met het feit dat er eigenlijk maar twee reisrichtingen zijn met slechts beperkte accommodatie langs de route. Je zit dus ofwel in team Noord dat naar het (tropische) noorden gaat, of team Zuid dat in omgekeerde richting reist. Behoeft geen betoog dat team Noord beduidend meer in trek is!

P.S. 2 De weg tussen Ningaloo en Tom Price moet toch wel de dodenweg zijn; nog nergens zoveel dode kangeroes in de berm gezien. We vroegen ons al af waar ze waren, want gek genoeg hebben we de levende exemplaren nog niet veel gespot. Wel veel emu’s en vooral vee. Gewoon langs de snelweg, dus goed uitkijken want een emu kunnen we misschien nog hebben, maar een koe is beslist einde verhaal.  Bullbar of niet... 

P.S. 3 Het valt ons op dat je het woord "Aboriginals" niet of nauwelijks meer tegenkomt, terwijl dit tijdens onze vorige trip nog gewoon in zwang was. Tegenwoordig wordt gesproken van "indigenous people". Of dat nou bijdraagt aan de verbetering van hun positie... ?

Foto’s

2 Reacties

  1. Corien:
    24 mei 2014
    Erg leuk verslag weer! XXX
  2. Willem H.:
    25 mei 2014
    Hoi, terug uit het machtige en prachtige Iran ga ik jullie weer verder volgen. Maarten, als je straks weer bij P-Direkt bent zul je de eerste twee weken denk ik amper aan werken toekomen. Wat een verhalen heb je te vertellen. Ik geniet ervan.